Schiet op!

Zondag: Niet te geloven: zittend ontbeten! De dagelijks geperste sinaasappels in een net glas, een bordje met mes en vork, een likeurglaasje als eierdop, bruine boterham met roomboter en twee zachtgekookte henne-eitjes. Met koud water opzetten en, als ze koken, nog één minuutje. Helemaal top.

Toen ik om 8 uur het hok open deed lag er een eitje. Om 7 uur gisteravond, na controle, de deur dichtgeschoven. In de knusheid van het volle hok heeft Katje dus overuren gedraaid. Het ei voelde steenkoud en was nummer 171. Da’s dus 28,5 doosje van zes stuks. Er gaat meer voer in dan er eieren uitkomen, dat dus weer wel.

Nu streng zijn tegen mezelf. Gewoon de zooi opruimen. Niet te precies zijn. Stoffen en soppen komt later wel. Alle foto’s, negatieven en dia’s in grote tassen de vliering op voor het nageslacht. Dan hebben ze straks ook nog wat te doen. Evenals de dozen kerstversiering die van de vliering kwamen toen de aannemer de balken moest inspecteren. Waag niet te denken dat ik op dit moment mijn huis vol lichtjes en ballen ga hangen die straks ook weer opgeruimd moeten worden.

Twee uur boven rondgedabberd zonder zichtbaar succes. Veel spullen die ik niet wil houden, maar die zonde zijn om weg te gooien. Zouden op Marktplaats moeten, maar ik wil geen kijkers op de stoep en ik heb voorlopig ook geen tijd om pakjes te maken en naar de post te brengen. En dus schiet het vandaag niet op. Met de vreemde ogen van Inge gaat het morgen vast beter. Probleem weer een dag verschoven. Laat ik het blad maar uit de goten gaan vegen op het balkon. Ook nuttig en hoognodig.

Net bezig of daar gaat de telefoon. O jee ja, ik moet met een clubgenoot een kerstbijeenkomst organiseren. Helemaal vergeten. Al maanden geleden afgesproken. Het wordt een gesprek van minstens vijf kwartier en ik beloof X, Y en Z te bellen. Tegen vier uur daalt de schemer. De rest van de middag besteed ik aan telefoneren, nadenken en organiseren. Oef.

Maandagmorgen 8 uur: Tijdens mijn rondje met Yoeko hoor ik werkvoeten op het pad. Yoeko slaat hevig aan alsof hij voelt dat ik niemand meer kan verdragen. Het is de glazenwasser en ik heb hem hard nodig om de goten schoon te maken. Ik haal mijn laatste lach uit mijn binnenzak en heb geen zin meer om sinaasappels uit te persen of te ontbijten. Om 10 uur komt Inge en moeten we hard aan de slag, maar de glazenwasser houdt van lange praatjes bij de koffie. Dat mag, want hij krijgt een vast bedrag. Alleen: vandaag mag dat niet.