Half vijf - nog altijd geen post - het huis een uur ontvlucht om verder nagelbijten te voorkomen. Om half zes wakkert de lege brievenbus mijn woede aan. Snoekduik naar de telefoon. Herhaalknop voor nulvijfachttweezesmaaldrie. Het duurt achtminuuttweeendertig voordat wordt opgenomen door een stem die zich meer bezig houdt met sokken breien dan met nagels vijlen.
Probleem voorgelegd. En dat er post moet zijn vandaag. Ik som VN op, HPdT, VPRO en Groene. Waarop sokkenbreister adviseert om de afzenders te bellen en even een nieuw nummer te laten sturen.
Wabblief?
Het probleem is niet dat afzenders niet hebben verstuurd, maar dat ik niks heb ontvangen, leg ik geduldig uit.
O ja. Ik zal er melding van maken.
Moet u mijn postcode dan niet hebben?
Hoorbare zucht. Wat is uw postcode, mevrouw? Ik zal ervoor zorgen dat de nabezorging aan het werk wordt gezet.
Da's mooi. Dankuwel.
Kunt u al schatten wanneer ik de tijdschriften ontvang?
Bij de eerstvolgende normale bezorging.
Maar het probleem is nou net dat hier in geen dagen normaal is bezorgd. Ik schijn niet meer te bestaan. Niemand die mij schrijft of rekeningen stuurt, zelfs geen stomme reclame.
Weet u wat, zegt ze ineens op samenzweerderstoon, alsof ze mij een grote dienst bewijst: als u ook nog uw naam en telefoonnummer wil geven? Tenzij u hiertegen bezwaar maakt natuurlijk.
Huh? Waarvoor mag dat dan dienen? Het gaat om postbezorging toch?
Dan weten we zeker dat alles goed voor elkaar komt.
Ik geef het op want kan de logica niet vatten.